Na het zwemmen en ontbijten gaan we ankerop terug naar de rede van Galaxidhi.
Tegen het middaguur komen eerst de “Utopia” en later de “Cosi” de baai binnenvaren. Frans pakt een plekje aan de pier voor grote motorboten. Met 16 meter hoor je daar wel bij, al twijfel je even als naast hem wat later een motorjacht van zeker 32 meter afmeert. Marco haalt de gever van het log uit de bodem (en plaatst direct de dummy er in, anders wordt het wel erg nat) en zet dat in de azijn om de kokeralg te verwijderen. Marc komt vragen of we ook in de haven komen.
Er is een plekje vrij naast de “Cosi”. Dat doen we want we begrijpen dat Marc morgen 60 wordt en we willen graag zijn laatste avond als vijftiger meevieren. Nu we toch in de haven zijn spoelen we de boot zoutvrij en tanken water. Het zout op de rvs preekstoelen, scepters en bolders zorgt heel snel voor zogenaamd vliegroest dat zich vormt door de combinatie van zout en zon. Je moet het spoelen, maar ook wegwrijven. Veel werk in de hitte. We zijn iedere keer verbaast hoeveel minder water wij verbruiken ten opzichte van onze bootvrienden. Die hebben tanks van duizend liter en meer en wij van 285 liter, maar zij verbruiken veel meer. De uiterst aimabele havenmeester komt langs en we krijgen een rekening van €6,70. Water en stroom laat hij zitten in een poging ons positief te stemmen. Wij zijn positief. Er zijn hier zelfs stroom- en waterzuiltjes die werken. Marc’s verjaardagsavond (vóór de dag zelf naar Belgisch gebruik) vieren wij in een mooi visrestaurant met heerlijke (maar duur betaalde) vis en wat minder goede bediening. We hebben het wel heel gezellig met z’n zessen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten